Stress, spanning, ellende
Als een kikker in de pan: je went aan je eigen stress, toch?
Stress, overprikkeling, gejaagdheid, gespannenheid, we herkennen hier allemaal wel iets van. Tijdelijk heel nuttig en productief, maar we weten ook dat als dit normaal geworden is je daar last van krijgt. Het is ons toch zo normaal geworden dat we geen idee meer hebben hoe het zich opbouwt. We denken dat dat we van 0 naar 100 in 1 seconden zijn gegaan. Toch is dat niet zo. De spanning loopt in eerste instantie meestal rustig op zonder dat je dat door hebt. Het is als een auto die op een berg staat en begint te rollen. In het begin rolt dat heel langzaam, je merkt het nauwelijks op, kan de auto nog makkelijk terug duwen of tegen houden. Heeft de auto eenmaal de vaart te pakken, ja dan is hij eigenlijk niet meer te stoppen.
Hoe DOE jij spanning?
De stress thermometer is er voor gemaakt om je weer bewust te worden van de gehele opbouw van spanning en stress. Juist de eerste stappen zijn heel fijn om te weten want dan kan je jezelf dus nog het makkelijkst ont-stressen.
Het kan best zijn dat je al met stress op staat omdat je niet elke dag op nul begint. Stel je dus weer even voor hoe je je voelt zonder stress, helemaal in opperste staat. Soms is dat lang geleden, maar neem gewoon een fijne staat als uitgangspunt. Zoek in eerste instantie naar de kleine dingetjes.Wat geeft een beetje onrust en wat doe, denk of voel je dan? In de lijst die bijgevoegd is zie je allerlei dingen die spanning geven. Aan de andere kant kan je dan bedenken wat je doet ontspannen. Daar ook een lijst ter inspiratie wat je kan inzetten om te ontspannen. Je kan het ook helemaal zelf bedenken met andere dingen, helemaal goed.
Praat er met mensen over, onderzoek je blinde vlek in de spanningsopbouw! In de bijlages een lijst van dingen waarmee spanning zich op kan bouwen en lijst van dingen die kunnen ontspannen. Maak je eigen puzzel hiermee.
Bijvoorbeeld:
Ik vaak in mijn hoofd zitten en dezelfde gedachtes herhalen. —> Het kan me dan helpen dan alles op te schrijven en een plek in mijn agenda te geven om weer te kunnen ontspannen.
Ik niet kan lezen omdat ik te onrustig ben. —> Ik kan beter even gaan bewegen (wandelen of rennen of iets anders actiefs). Als ik dan op die manier mijn eigen gebruiksaanwijzing maak dan leer ik de spanning te reguleren.
Al ik ga nagelbijten, met mijn voeten wiebelen, of iets anders ‘zenuwpezerigs’, dan ervaar ik onrust. —> Het helpt dan als ik me ga ‘uiten'. Tegen iemand ga praten over wat me dwars zit.